We hebben allemaal weleens last van onze maag. Als we te veel of te laat hebben gegeten, bijvoorbeeld. Dat is even vervelend, maar de klachten verdwijnen meestal vanzelf. Terugkerende maagklachten zijn een ander verhaal. Wat kan er aan de hand zijn? En hoe kan je die maagproblemen behandelen of voorkomen? Je leest het hier.

Een opgeblazen gevoel, misselijkheid, pijn achter je borstbeen, brandend maagzuur … Maagklachten zijn er in verschillende vormen. Terugkerende klachten kunnen een behoorlijke impact hebben op je dagelijkse leven. Hieronder bespreken we de mogelijke oorzaken en behandelingen, zodat je je hopelijk snel weer beter voelt.

Terugkerende maagklachten: mogelijke oorzaken

Het is vaak niet duidelijk waarom je last hebt van je maag. De meeste klachten gaan vanzelf over. Wel zijn er verschillende triggers en gewoonten die maagklachten kunnen veroorzaken of verergeren.

• Bepaalde voedingsmiddelen en dranken. En dat zijn er heel wat: alcohol, vette producten, gekruid eten, citrusvruchten, pepermunt, chocolade, ui, zure en koolzuurhoudende dranken. Deze kunnen maagklachten veroorzaken en verergeren.
• Roken. Dit irriteert het maagslijmvlies. Ook kan het de sluitspier van de maag verslappen, met brandend maagzuur tot gevolg.  
• Te snel eten en drinken of kauwgom kauwen. Op deze manier krijg je veel lucht binnen in de maag.
• Somberheid, angst en stress. Tijdens stressmomenten kan je onbewust meer lucht inslikken. En maagklachten kunnen een reactie zijn op langdurige somberheid, angst of stress.
• Overgewicht. Dit verhoogt de druk op de maag, wat de werking van de sluitspier kan beïnvloeden. En dat kan dan weer bijvoorbeeld brandend maagzuur veroorzaken.
• Medicijngebruik. Denk aan pijnstillers, medicijnen tegen depressie, antibiotica en bloedverdunners.
• Je hebt een middenrifbreuk. In dat geval steekt je maag een stukje boven het middenrif uit.

Maagklachten bij ziektes

In sommige gevallen hebben maagklachten een andere, ernstigere oorzaak.

• Je slokdarm is ontstoken. Maagzuur kan een mogelijke boosdoener zijn: hierdoor ontsteekt het slijmvlies van de slokdarm.
• Je hebt een maagzweer. In dit geval zit er een wondje in het slijmvlies van de maag. Een specifieke maagbacterie of medicijnen kunnen dit veroorzaken.
• Je hebt maag- of slokdarmkanker.

Wanneer ga je met maagklachten naar de huisarts?

• Als je bloed overgeeft.
• Als je ontlasting zwart is.
• Als de pijn erger wordt als je beweegt, hoest, lacht, je buik aanraakt of loslaat.
• Als je langer dan enkele weken last hebt van je maag of van maagzuur.
• Als je buikpijn én koorts hebt.
• Als je je suf voelt en meerdere keren bijna flauwvalt.

Ga bij twijfel altijd naar de huisarts.

Maagklachten verminderen en/of voorkomen: tips

1.     Let op je voeding en eetpatroon

• Eet gezond, gevarieerd en vezelrijk. Denk dan vooral aan groenten, fruit, peulvruchten, volkorenproducten, vis en noten. En vermijd eten en drinken met (veel) vet, suiker en zout.
• Eet niet te snel en kauw rustig.
• Eet op regelmatige momenten. Test wat het beste voor jou werkt. Meestal worden 3 grote maaltijden per dag aangeraden, met maximaal 4 tussendoortjes. Voor sommige mensen werken 6 kleine maaltijden per dag beter. 
• Drink minimaal 1.5 liter water per dag.
• Eet niet vlak voor het slapengaan. Met een volle maag naar bed gaan, vergroot de kans op brandend maagzuur.
• Eet of drink niets dat maagklachten kan veroorzaken. Zie hiervoor ook de alinea ‘Mogelijke oorzaken van terugkerende maagklachten’.

2.     Houd je lichaamsgewicht op peil

• Beweeg elke dag minimaal een halfuur en sport wekelijks.
• Houd je lichaamsgewicht in de gaten. Zowel over- als ondergewicht kunnen maagklachten veroorzaken en verergeren. Je huisarts kan je hierbij helpen.

3.    Vermijd triggers

• Stop met roken. Je huisarts of bepaalde coaches kunnen je hierbij helpen.
• Let op met alcohol. Geen alcohol drinken blijft het beste advies. Houd je toch van een glaasje? Drink dan niet meer dan 10 standaardglazen per week.
• Voorkom stress. Heb je regelmatig stress? Praten met familie, vrienden en collega’s helpt. Heb je extra hulp nodig? Je huisarts en andere zorgverstrekkers zijn er voor je.